Op de schouders van reuzen…
Deze week werd een kloek boekwerkje bij me door de deur gedrukt. ‘Op de schouders van reuzen’, zo luidt de titel. Het gaat over wethouderssocialisme, over de rol die wethouders hebben gespeeld en nog spelen bij het realiseren van sociaaldemocratische waarden. Grote namen komen langs uit de rijke geschiedenis van de SDAP en de Partij van de Arbeid… Wibaut, Polak, Drees, Schaefer (in geouwehoer kun je niet wonen…). Reuzen waren het, en op hun werk borduren we voort, hun idealen proberen we, misschien wat aangepast aan deze tijd, nog steeds waar te maken. De namen hebben nog iets gemeenschappelijk… allemaal wel erg Amsterdams. Dat bracht mij bij de vraag op wiens schouders we hier, in Zwartewaterland eigenlijk staan. Wie waren onze illustere voorgangers die, vaak tegen de stroom in, hebben geknokt om een rechtvaardiger Hasselt, Zwartsluis of Genemuiden dichterbij te brengen?
Wanneer je in gesprek raakt over de Partij van de Arbeid in Genemuiden (van Hasselt en Zwartsluis weet ik onvoldoende, dat laat ik graag aan anderen) vallen al snel een paar bekende namen… Jan Bonthuis (wat ontzetten goed dat een achterkleindochter van hem, Janice van de Wetering, nu prominent op onze lijst staat), Eef Been, Maarten van der Haar… Mannen met het hart op de goede plaats (links dus) die met hun hele ziel en zaligheid hebben geknokt voor betere leef- en werkomstandigheden voor de gewone man. Tot in de jaren ’60 was er in Genemuiden nog sprake van een gekend en gevoeld onderscheid tussen ‘burgers’ en ‘arbeiders’. Die arbeiders zaten overigens zeker niet uitsluitend in de achterban van de SDAP/PvdA. Veel arbeiders stemden uit kerkelijke overwegingen, op de SGP. Maar het is niet voor niets dat er steeds opnieuw sprake was van innige samenwerking tussen raadsleden van SGP en PvdA. Een in sociaaleconomisch opzicht vergelijkbare achterban verklaart in dat opzicht veel. Veel is er ook tot stand gebracht; één van de mooiste voorbeelden wat dat betreft is toch wel de Meente. Een woonzorgcentrum in een zo orthodoxe plaats als Genemuiden, daarvan zou je op zijn minst verwachten dat het een protestants christelijke signatuur zou hebben (de Schans in Zwartsluis, bijvoorbeeld, had dat wel). In Genemuiden heeft de Meente natuurlijk haar eigen identiteit, maar vanaf het begin is er angstvallig voor gewaakt dat niet één bepaalde groep de Meente kon claimen. De Meente is van iedereen, en dus vanzelfsprekend neutraal. Ik waag te betwijfelen of dat uitsluitend de verdienste is geweest van de PvdA, al zal Eef Been, die jarenlang met hart en ziel betrokken was bij het besturen van de Meente, daarbij best een duidelijke opvatting naar voren hebben gebracht.
Grote namen dus… Bonthuis, Been, van der Haar. Toch botsten ze bij elke verkiezing weer tegen een muur. Een verkiezingsuitslag kon voor de PvdA nog zo positief zijn (3 van de 11 en later 13 zetels is toch niet niks), bij de collegevorming kwamen we, tot 1986, domweg niet aan bod. Dan sloten zich toch de confessionele rijen. Pas in dat gedenkwaardige jaar 1986 was en een SGP-fractie met o.a. Jan Beens en Dirk van Dijk, die zelfs hun eigen achterban trotseerde en standvastig koos voor samenwerking met de PvdA. Zo werd Tiem van Dalfsen de eerste PvdA wethouder in Genemuiden. Of dat voor koningin Beatrix de aanleiding is geweest om in 1988 op koninginnedag Genemuiden te bezoeken zal wel altijd een van de ‘raadsels van het paleis’ blijven.
Na vier jaren was het ook weer voorbij; daarmee heeft Genemuiden zich ernstig tekort gedaan. Hoewel niet altijd even populair bij de bevolking (iets waar hij ook absoluut niet naar streefde), stak Tiem in mijn ogen in bestuurlijk opzicht uit boven de gehele raad. Dat niet erkennen en van die capaciteiten geen gebruik maken mag een misser van formaat worden genoemd.
Na Tiem is er nog één PvdA-er wethouder geweest in Genemuiden. Dat mocht ik zelf zijn, in de twee-en-een half jaar tot aan de gemeentelijke herindeling, in een college samen met (alweer) SGP en RPF. Ik kan niet zeggen dat ik echt uit een rode familie stam, hoewel… De oudste zus van mijn vader, tante Truus was een schat van een mens. Altijd welgemoed hoewel het leven haar de nodige slagen heeft toegebracht. Wanneer ik haar, tijdens haar laatste levensjaren, eens bezocht kwam ze ook steevast bij de politiek terecht. En bij het vertrek fluisterde ze me ooit in mijn oor: “Volhouden hoor, je komt uit een rood nest…” Dat moet dan zijn gegaan over mijn grootvader, Roelof Rietman, die naar IJmuiden is vertrokken en daar in de oorlogsjaren is verongelukt. Over hem wordt verteld dat hij lid was van de Nieuw Malthusiaanse Bond, een organisatie die zich inzette voor geboortebeperking en anticonceptie. Geen overbodige organisatie in het Genemuiden van de eerste decennia van de 20e eeuw, waar slechte huisvesting en kindersterfte schering en inslag was.
Tot zover dit stukje historie, vooral vanuit Genemuider perspectief. De vraag die vervolgens zich opdringt is of het eigenlijk zoveel uitmaakt of je als PvdA deel uitmaakt van een college. Wat levert dat per saldo eigenlijk op? Daarover gaat een volgend artikel dat over enige tijd uit mijn pen moet vloeien.
Harrie Rietman